volwassen buxusmot

volwassen buxusmot

“Oh nee, mijn Buxus gaat kapot !” “Tal van rupsen vreten mijn Buxus kaal !”
“In enkele weken tijd was mijn gezonde Buxus al zijn bladeren kwijt !”

Het zijn maar enkele van de zinnetjes die ik hier regelmatig hoor. En ja hoor, het probleem is ernstig, we kunnen werkelijk spreken van rupsenplaag. De boosdoener is een – weliswaar mooi – motje. Het is te zeggen niet het motje (dat wit gekleurde vleugeltjes heeft met een lichtbruine rand) zorgt voor de schade maar wel de rupsen.

De Buxusmot is een nachtvlinder die haar eitjes afzet in zowel jonge als oudere buxusplanten. Eens de eitjes ontluiken verschijnen de rupsen. Het zijn deze die de bladeren volledig kaalvreten.

En dat de rupsen én zeer talrijk zijn én blijkbaar grote honger hebben (ze vreten aan een snel tempo) maakt het probleem enkel maar erger. Daarenboven zijn er verschillende generaties per jaar. Ook dat maakt het bestrijden van deze buxusplaag enkel maar moeilijker.

Hoe leeft de Buxusmot?

Ik gaf het hierboven al aan, de Buxusmot is eigenlijk wel mooi en tevens ook gemakkelijk te herkennen. Het is een soort vlinder met witte vleugels die een bruine rand hebben. Je zal ze een eerste keer kunnen aantreffen in je tuin vanaf eind april, begin mei en dit tot ongeveer half juni. Dit is de eerste generatie motten.

Echter reeds van zodra het einde van de winter ons wat warmere temperaturen brengt (9 à 10° is reeds voldoende) zullen de eerste generatie eitjes ontluiken en de rupsen actief worden. Vanaf nu beginnen ze aan hun vraattocht. Vanaf eind februari, begin maart (afhankelijk van de temperatuur) zullen de eerste rupsen op je buxusplanten verschijnen en zal er schade optreden.

Na ongeveer 6 tot 8 weken zullen de rupsen (die mooi fel groen met zwart gestreept zijn en zwarte stippen vertonen) gaan verpoppen. Ze maken dan een cocon van grijs-wit spinsel waarbinnen de rups zich verschuilt om te verpoppen tot vlinder (mot in dit geval). We zijn nu dus ongeveer eind april/begin mei en de voormalige rups zal haar cocon als vlinder verlaten. Dit is de eerste generatie motten dus.

De vlinder of mot heeft maar één doel, en dat is eitjes afzetten. Hoewel de motjes zich overal kunnen verschuilen (tussen andere planten, in hagen, op muren, onder randen van bv. dakpannen, enz.) zullen ze steeds naar buxusplanten vliegen om daar aan de onderzijde van de bladeren hun eitjes af te zetten.

Gedurende het verpoppen en het vlinder kan de buxusmot niet aan je planten vreten. Dit duurt alles samen toch enkele weken. Intussen kunnen je buxusplanten zeer sterk herstellen. Ze maken nieuwe bladeren en scheuten aan.

Wie dan de buxusmot bestrijdt kan zijn planten mogelijks nog redden. Echter wie de tweede generatie motten niet bestrijdt zal zijn buxusplanten volledig zien verloren gaan.

Na ongeveer één à twee weken zullen de motjes sterven maar intussen zullen de afgezette eitjes opnieuw rupsen voortbrengen.

We zitten nu in een warmere periode van het jaar. Bijgevolg zal de cyclus van ei – over rups en pop – tot mot wat sneller verlopen en vanaf augustus zullen er opnieuw heel wat vlinders te bespeuren zijn. Dit is dan de tweede generatie buxusmotten.

Niet alle rupsen groeien even snel en verpoppen even snel. Daarom mag je er quasi zeker van zijn dat je het volledige seizoen rupsen op je buxusplanten kan aantreffen.
Door hun talrijke en lange aanwezigheid gedurende het seizoen kan de buxusmot snel heel wat schade aanbrengen.

Onder deze chronologische fotoreeks gaat dit artikel verder. Je leest er nog hoe je de buxusmot kan bestrijden en ook welke goede alternatieven er zijn voor de buxusplant zelf.

8 augustus 2016 - Gezonde buxushaag

8 augustus 2016 – Gezonde buxushaag

14 april 2017 - duidelijk merkbare schade

14 april 2017 – duidelijk merkbare schade

april 2017 - schade reeds duidelijk merkbaar

april 2017 – schade reeds duidelijk merkbaar

15 mei 2017 - De buxushaag is reeds voor 70 à 80 procent weggevreten

15 mei 2017 – De buxushaag is reeds voor 70 à 80 procent weggevreten

15 mei 2017 - Pop (je ziet nog duidelijk het strepenpatroon van de rups)

15 mei 2017 – Pop (je ziet nog duidelijk het strepenpatroon van de rups)

23 mei 2017 - Rups verpopt tot buxusmot of vlinder

23 mei 2017 – Rups verpopt tot buxusmot of vlinder

30 mei 2017 - De-pop kleurt al bruinwit, de uiteindelijke kleuren van de buxusmot

30 mei 2017 – De-pop kleurt al bruinwit, de uiteindelijke kleuren van de buxusmot

7 juni 2017 - buxushaag voor 90 procent hersteld na de vraatschade van de eerste generatie rupsen

7 juni 2017 – buxushaag voor 90 % hersteld na de vraatschade van de 1ste generatie rupsen

24 juni 2017 - haag is mooi hersteld (Weet dat er nooit werd ingegrepen met een insecticide Ik liet de natuur zijn gang gaan in deze buxushaag)

24 juni 2017 – haag is mooi hersteld (Weet dat er nooit werd ingegrepen met een insecticide, Ik liet de natuur zijn gang gaan in deze buxushaag)

29 juni 2017 - toch is de tweede generatie rupsen alweer zeer goed actief. Wie nu geen bestrijding gaat uitvoeren zal zijn buxusplanten volledig verloren zien gaan

29 juni 2017 – toch is de tweede generatie rupsen alweer zeer goed actief. Wie nu geen bestrijding gaat uitvoeren zal zijn buxusplanten volledig verloren zien gaan

15 juli 2017 - buxushaag alweer zeer sterk aangevreten

15 juli 2017 – buxushaag alweer zeer sterk aangevreten

25 juli - buxushaag voor ongeveer 90% kaalgevreten, U ziet dat het zeer snel gaat

25 juli – buxushaag voor ongeveer 90% kaalgevreten (U ziet dat het zeer snel gaat!!!)

8 augustus - GAME-OVER voor mijn buxushaag

8 augustus – GAME-OVER voor mijn buxushaag

12 maart 2018 - buxus geeft totaal geen teken van leven meer. De 2de generatie rupsen was fataal

12 maart 2018 – buxus geeft totaal geen teken van leven meer. De 2de generatie rupsen was fataal

Er zit niets anders op, weg ermee. Tijd voor iets anders.

Er zit niets anders op, weg ermee. Tijd voor iets anders.

Hoe kan je de Buxusmot bestrijden?

Om een juiste bestrijding te kunnen uitvoeren moet je uiteraard zeker zijn dat de schade aan je Buxus te wijten is aan de Buxusmot. Buxus heeft immers ook al eens te kampen met schimmelziekten zoals Cylindrocladium buxicoli (buxusziekte) en Volutella buxi (taksterfte).

Bij deze beide schimmelziekten zal het blad van de Buxus afsterven en afvallen. Ook zal je bij Cylindrocladium zwarte langwerpige streepvormige verkleuringen op de stengels van de planten aantreffen.

Beide schimmelziekten kunnen zeer snel evolueren met dus het afsterven van het blad (= bruinzwart verkleuren van het blad + eventueel vorming van schimmelsporen aan de onderzijde van het afgestorven blad) en bladval tot gevolg.

En daar zit juist het grote verschil met het schadebeeld van de Buxusmot. Het blad sterft niet af en zal ook niet afvallen, neen, het blad wordt opgegeten. De rupsen vreten de bladeren volledig of quasi volledig weg. Enkel de bladnerf kan soms nog aanwezig zijn. Ook gaan de rupsen zelfs de bast van de stengels nog opeten. Dit doen ze vaak wanneer er weinig tot geen blad meer op de buxusplanten overblijft.

Op de grond en tussen de planten zal je kleine groenachtige ronde bolletjes vinden. Dat zijn de uitwerpselen van de rups. Het is eigenlijk het verteerde blad.

De bestrijding is in principe eenvoudig maar dient goed en regelmatig uitgevoerd te worden. Met een goed bestrijdingsmiddel (liefst biologisch) zullen de rupsen afgedood worden. Daarvoor dient men wel drie tot vier keer per seizoen een behandeling toe te passen. Dit is dus niet enkel een dure oplossing (spuitproducten zijn vrij prijzig tegenwoordig) maar ook een tijdrovende.

Men moet er ook goed op toezien dat de volledige buxusplant zowel aan de buitenzijde als binnenin de plant goed behandeld wordt. Veel rupsen zitten immers in en tussen de takken van de planten en als men met contactinsecticiden werkt dan dient men immers de rupsen goed te raken om ze te kunnen afdoden.

Naast contactinsecticiden bestaan er ook systemische insecticiden. Deze dringen in het systeem van de plant in (ze worden dus opgenomen door de plant) en blijven ongeveer twee tot drie weken werkzaam. Eens een rups van het behandelde blad eet zal de rups afsterven. Ook met deze middelen moet je dus trachten zoveel mogelijk bladeren te raken bij een behandeling. Ook hier dus ook goed binnenin de struik
sproeien.

Bij kleine aantastingen kan men ook opteren om de rupsen met de hand weg te vangen maar de praktijk leert dat dit vaak een onbegonnen werk is. Nutteloos is dit echter zeker niet want iedere rups (of pop) die weggevangen is kan al zeker geen nieuwe mot worden en dus geen nieuwe eitjes afleggen.

De buxusmot is eigenlijk een invasieve exotische mot afkomstig uit Azië. In Azië heeft deze mot en rups dan ook een aantal natuurlijke vijanden (vogels, reptielen, kikkers padden en andere insecten) en zal de plaag wellicht in evenwicht zijn.

Bij ons echter heeft de buxusmot weinig natuurlijke vijanden. Stilaan beginnen wel enkele vogelsoorten zoals merels, kwikstaartjes (in de volksmond het paardewachtertje genaamd), meesjes, enz. de buxusmotten en rupsen te ontdekken en ervaren als veilig voedsel. Een reden temeer dat we met chemische bestrijdingsmiddelen voorzichtig moeten zijn om aldus onze vogels te sparen!

Wat ook kan helpen is je buxusplanten overstrooien met lavameel. De buxusmot houdt niet echt van dit bruinkleurige poederachtige goedje.

Het kan ook anders

Sinds 2017 raad ik tuinliefhebbers niet meer aan om Buxus in de tuin aan te planten.
Ik merkte immers intussen al een tijdje dat heel wat mensen spontaan hun (al dan niet volledig kaalgevreten) buxussen uit hun tuin verwijderden en afvoerden naar het containerpark.

Hoe spijtig het misschien wel is voor de buxusplant, het is wellicht de beste oplossing momenteel. Zolang er geen natuurlijk evenwicht is zal zowel nieuwe aanplant van Buxus (wist u trouwens dat de Nederlandse naam voor Buxus palmboom, buksboom of gewoon palm is?) als al jaren geleden aangeplante exemplaren steeds ten prooi vallen aan de vraatzucht van buxusmot. Niet moeilijk want met zoveel Buxus in onze tuinen vindt de buxusmot moeiteloos tal van buxusbuffetten. Gratis en voor niets het buikje rondsmullen, wie doet dat al eens niet graag?

Ook goed om weten is dat de buxusmot kilometers kan overbruggen. Ze vliegen dus ver om steeds opnieuw aan het buxusbuffet te kunnen deelnemen. Het heeft dan ook geen enkele zin je buur te verwensen indien hij de buxusmot in zijn tuin niet bestrijdt.
Het zou helpen mocht hij dat wel doen maar daardoor zal uw tuin niet buxusmotvrij blijven.

Buxus verdwijnt dus stilaan wat uit onze tuinen en dat is op zich niet eens zo slecht.
Ook de buxusmot (die in onze contreien voorlopig – laat ons hopen dat dit zo blijft – alleen op Buxus voorkomt) zal door het verminderen van de overvloed aan voedsel zo uiteindelijk teruggedrongen worden tot een beheersbaar plaagorganisme (net zoals dat met de meeste andere rupsensooorten bij ons zo is).

Mogelijks kan de buxusplant binnen een aantal jaren dan ook terug met minder zorgen in de tuinen kan aangeplant worden. Echter de eerstkomende jaren is de buxusmot heer en meester en is het zeker en vast verstandig om ook eens te kijken naar alternatieven voor Buxus om in je tuin aan te planten.

En gelukkig, … die alternatieven zijn er. Meer nog er zijn er eigenlijk heel wat.

Perfecte alternatieven voor Buxus

Ilex crenata of Japanse hulst:

De Ilex crenata of Japanse hulst is een van de twee meest gebruikte alternatieven voor Buxus. Ik noem ze vaak buxus look-a-likes want vaak verwarren mensen de Japanse hulst met Buxus.

Ilex crenata 'Caroline Upright' Japanse hulst

Ilex crenata ‘Caroline Upright’ Japanse hulst

Er zijn diverse variëteiten Ilex crenata. Ze lijken dus zeer sterk op Buxus, vooral qua bladkleur en bladvorm.

Stilaan gekende cultivars zijn Ilex crenata ‘Dark Green’, I. c. ‘Green Hedge’, I. c. ‘Little Gem’ en I. c. ‘Caroline Upright’. Het zijn allen goed geschikte cultivars om als buxusvervanger te dienen.

Je kan er perfect hoge en lage haagjes mee creëren, alsook bolvormen, kubussen of kegelvormen. Wel moet je de Ilex crenata eens vaker snoeien dan Buxus maar net daardoor krijg je eveneens zeer mooi gevulde, volle, strakke haagjes of bolvormen.

Daarenboven heb je als je vaker snoeit minder snoeiafval aangezien de takjes dat zeer kort zijn (bv. snoeien als de plantjes ongeveer 10 à 15cm uitgelopen zijn).

Plant deze wintergroene heester best op niet al te zware of te verdichte en te natte gronden. Een goed doorlatende bodem is voor deze Japanse hulstsoorten (zonder stekelig blad! – gewone hulst heeft grotere, stekelige bladeren) een must.

Lonicera of struikvormige kamperfoelie:

Lonicera nitida 'Maigruen'

Lonicera nitida ‘Maigruen’

Ook deze lijkt zeer sterk op Buxus (opnieuw een buxus look-a-like dus) en ook deze heeft diverse cultivars die zich perfect lenen om haagjes, bollen of massieven met te creëren.

Net als de Ilex crenata is de struikvormige Lonicera groenblijvend en bladhoudend in de winter.

Enkele goede variëteiten zijn Lonicera nitida (zeer kleine blaadjes), Lonicera nitida ‘Maigruen’ (een plattere groeier en dus zeer geschikt voor lagere massieven of haagjes), Lonicera nitida ‘Elegant’ en Lonicera pileata (mooi glanzend, wat langwerpig blad).

Deze zijn zeer winterhard , verdragen snoei zeer goed (snoei ze ook wat vaker dan Buxus en je krijgt zeer mooi volle en strakke haagjes) en kunnen op zowat iedere grondsoort aangeplant worden.

Buxusvervangers met een iets groter blad:

Osmanthus burkwoodii

Osmanthus burkwoodii

Naast de kleinbladige Buxus look-a-likes die ik hierboven beschreef zijn er ook enkele goede, winterharde en bladhoudende andere heesters om buxus mee te vervangen.

Ik denk bijvoorbeeld aan de lekker geurende Osmanthus burkwoodii, Prunus ‘Otto Luycken’, Prunus lusitanica en Viburnum tinus.

Deze hebben allen een wat groter blad dat weliswaar zeker niet te groot is. Het blijven dus elegante planten zeg maar. Ze dragen tevens ook alle drie witte bloemen (die bij de Osmanthus sterk geurend zijn trouwens) en kunnen ook goed strak in vorm worden gesnoeid.

Buxus alternatieven die totaal niet op Buxus lijken

Mag het eens iets compleet anders zijn? Durft u ook out of the box denken? Ja?

Wel dan is de sky the limit zoals men al eens zegt.

Planten zoals lavendel en struikvormige (dus zonder rankende en klimmende uitlopende takken) klimop kunnen eveneens gebruikt worden als bladhoudende en winterharde buxusvervanger. Met lavendel krijg je er bovenop nog een lekkere geur en een mooie en massale bloei waar tevens ook tal van hommels, honigbijtjes (geen wespen!) en vlinders op af zullen komen.

De struikvormige klimop (Hedera arborescens en zijn variëteiten) is eveneens wintergroen en bladhoudend en goed geschikt voor lage tot halfhoge hagen of blokbeplanting (massieven). Ook deze trekt via zijn bloemschermen insecten aan.

Voor lage haagjes of bodembedekkende blokbeplanting kan je ook denken aan winterheide (Erica) die – hoe kan het anders – in de winter bloeit of zomerheide (Calluna) die dan uiteraard in de zomer gaat bloeien.

Nog een goede is de Choisya ternata en zijn variëteiten ‘Aztec Pearl’ en White Dazzler’. Bladhoudend? Jazeker. Wintergroen? Yep. Geurend? Ja, ook dat nog, sterk geurend zelfs.

Ook olijfwilg of Elaeagnus is een goede mogelijkheid. Deze gebruik je best wel voor hogere hagen. Met Buxus kon en kan je trouwens ook hoge hagen maken. Je ziet dat niet zo vaak maar het is perfect mogelijk. Twee of drie meter hoog kan perfect en een plant zoals de olijfwilg heeft met zulke hoogten ook geen enkele moeite. Voor lagere massieven en halfhoge haagjes (70 à 100cm) kan deze ook perfect maar hele lage haagjes wordt moeilijk met deze.

De gewone hulst (de gewone Ilex aquifolium), deze met het stekelige blad en de mooie rode bessen in de winter kan natuurlijk ook als haag of blokbeplanting gebruikt worden. Waar de Japanse hulst (Ilex crenata) kleine en niet stekelige blaadjes heeft zal de gewone hulst wat grotere bladeren hebben. Evenwel ook winterhard en wintergroen.

Voor wat beschuttere standplaats kan ook Nandina domestica. Deze heester is semi bladhoudend en niet wintergroen want het blad van Nandina verkleurt mooi intens paarsrood in herfst en winter. Beschut aanplanten dus maar wel eens iets totaal anders dus.

Andere soorten met rood verkleurend blad zijn de Photinia ‘Red Robin’ (voor hoge en half-hoge hagen en massieven) en de Photinia ‘Little Red Robin’ voor lage haagje. Deze laatste staat best ook een ietsje beschut maar beiden hebben ze mooi rood uitlopend blad dat wintergroen is in de winter en bladhoudend tot semi-bladhoudend.

En waarom zou u Buxus niet vervangen met siergrassen? Lampepoetsersgras (Pennisetum en dan vooral de variëteit ‘Hameln’) is een ideale buxusvervanger voor haagjes tot ongeveer 60cm hoogte. Ook andere, hogere of lagere siergrassen kunnen u uw Buxus snel laten vergeten. Er zijn dus wel wat mogelijkheden.

Ook Sarcococca humilis wil ik hier nog even vermelden. Dit is een traaggroeiende wintergroene en bladhoudende heester met ovaal blad en sterk geurende bloemetjes. Groeit traag, dus geschikt voor lage haagjes.

De buxusmot is duidelijk een ware plaag, een vraatmachine zeg maar. Toch kan deze mot een aanzet zijn om onze tuinen wat te gaan heraanleggen en wat meer te diversifiëren. Een andere tuinlook lijkt mij zeker niet onprettig te zijn want laat ons eerlijk zijn, veel tuinen en zeker ook voortuintjes leken door het veelvuldig gebruik van Buxus toch vrij sterk op elkaar. Wat wil je met een plant die werkelijk al honderden jaren zeer populair is.

Wie dapper volhoudt kan de buxusmot zeer zeker ook te lijf gaan en de schade inperken of zelfs tot nul weten terug te dringen. Regelmatig en oordeelkundig je buxussen behandelen met een product (al dan niet uitgevoerd door jezelf of door de betere tuinaannemer – die vaak over andere en beter werkende producten beschikt dan het plaatselijke tuincentrum) is hiertoe de oplossing.

Uiteindelijk is de buxusmot een mot of rups zoals een andere en dus relatief makkelijk te bestrijden. Ook de vogels zullen meer en meer hulp bieden in de toekomst. Dat is dan alvast goed nieuws in de strijd tegen de buxusmot. Een betere natuurlijke bestrijding kan je immers niet hebben.

Vond je dit artikel de moeite van het lezen waard deel het dan gerust met je vrienden op Facebook of andere sociale media. Hoe meer mensen geïnformeerd zijn, hoe beter de buxusmot bestreden kan worden.

Wenst u meer info? Aarzel dan niet om ons te mailen of te bellen.