Naaldbomen of coniferen heb je eveneens in allerlei vormen en maten. Zo zijn er hoog opgroeiende sparren (waaronder veel soorten als haagsparren gebruikt kunnen worden – zie hier), bodembedekkende coniferen (zoals Juniperus communis ‘Green Carpet’) en dwergconiferen die dan weer gebruikt worden als solitair, al dan niet in de rotstuin. Onder de dwergconiferen zitten zeer mooie soorten (o.m. ook mooi bolvormig groeiende die zelfs kunnen dienen als buxusbolvervanger) maar aangezien ze traag groeien en niet echt hoog worden kan men ze eigenlijk nog moeilijk bomen noemen. Mensen die meer willen weten over bijvoorbeeld (de bolvormig groeiende) dwergconiferen of die ernaar op zoek zijn mogen gerust mailen voor meer informatie.
Leuk om weten is dat de veel aangeplante haagplant Taxus eveneens een conifeer is (en geen loofboom zoals velen denken). Bijgevolg mag deze op een wat zuurdere grond aangeplant worden. Anderzijds bestaat er ook een conifeer met een blad zoals een loofboom. Ginkgo biloba is een oeroude spar met een apart en mooi gevormd blad gelijkend op dat van een loofboom. Van de Ginkgo biloba bestaan tevens ook tal van variëteiten, o.m. zuilvormig (G. biloba ‘Fastigiata’ en ‘Priceton Sentry’), slank opgroeiende cultivars en bolvormen op stam (G. biloba ‘Mariken’). Mooie aparte bomen voor mensen die eens iets anders willen. De Ginkgo is trouwens een oeroude conifeer. Ten tijde van de dinosauriërs zou deze boom reeds bestaan hebben. Van overlevingskracht gesproken.